Nepal is een droombestemming voor avontuurlijke reizigers. Hier vind je de Himalaya, met maarliefst 8 van de 10 hoogste bergen ter wereld. Een meerdaagse trekking is voor veel reizigers dan ook dé reden om naar dit land af te reizen. Maar Nepal heeft meer te bieden dan alleen de Himalaya. Zo vind je in de smalle strook laagland tegen de grens met India nationale parken waar je onder meer neushoorns, olifanten en tijgers tegen het lijf kunt lopen. Ook op cultureel vlak heeft dit land veel te bieden, op het kruispunt van de boeddhistische en de hindoeïstische wereld. Ben je een geboren hiker, dan kun je je met gemak twee maanden in Nepal vermaken. Maar ook in twee à drie weken kun je al een hele goede indruk krijgen van wat Nepal zo’n toffe bestemming maakt. In deze post neem ik je mee op mijn reisroute door dit prachtige land!

Je trip naar Nepal voorbereiden
Een reis door Nepal is door de lieve mensen, prachtige tempels en natuurlijk de indrukwekkende berglandschappen van de Himalaya een geweldig avontuur dat je lang bij zal blijven. Wel is het belangrijk je bewust te zijn van een aantal dingen. Vooral het seizoen kan grote invloed hebben op hoe je jouw reis zal ervaren. Ook is het goed te weten dat het reizen in Nepal veel tijd in beslag neemt, wat vooral komt door de verschrikkelijke staat van de wegen.
Je visum voor Nepal
Je hebt een visum nodig voor Nepal. Je kunt vooraf online een e-visum aanvragen, maar je kunt ook aan de grens of op het vliegveld van Kathmandu een visum kopen. De kosten hiervoor verschillen naargelang het aantal dagen dat je in Nepal wilt blijven:
- 15 dagen: $30,-
- 30 dagen $50,-
- 90 dagen: $125,-
Beste reistijd voor Nepal
Het seizoen waarin je jouw reis naar Nepal maakt, kan je ervaring maken of breken. Vooral omdat een groot deel van je reis waarschijnlijk in het teken zal staan van buitenactiviteiten, waarbij je natuurlijk het liefste helder weer hebt. Qua temperatuur zijn de verschillen tussen de seizoenen relatief beperkt, maar qua neerslag zijn er grote verschillen tussen de vier seizoenen in Nepal.
- Juni – september: zomer (regenseizoen). Tussen juni en medio september raast de moesson over Nepal. De temperaturen zijn aangenaam, maar dat is ook gelijk het enige fijne aan het weer in deze tijd van het jaar. Het kan in deze periode namelijk hard en langdurig regenen. De zon schijnt ook weinig in deze periode, waardoor de uitzichten op de Himalaya vaak niet te zien zijn. De toch al slechte wegen worden in deze periode nog slechter en vaak is er sprake van aardverschuivingen en modderstromen. Dit is dus zeker niet de beste tijd voor een reis naar Nepal.
- Oktober – november: hoogseizoen. Vanaf oktober klaart het op en is het aanvankelijk nog steeds lekker warm in Nepal. Alle bossen zijn mooi groen, bloemen bloeien en de luchten zijn helder: dit is het perfecte seizoen voor trekking! Oktober en november zijn daarom het hoogseizoen voor een reis naar Nepal. Dat zorgt er echter ook voor dat de prijzen in deze periode van het jaar het hoogst zijn, en dat het langs de populairste trails erg druk kan worden.
- December – februari: winter. In de wintermaanden december tot en met februari is het meestal ook helder en droog in Nepal. Wel doet de temperatuur een behoorlijke stap terug in deze periode van het jaar, zeker hoog in de bergen. In de dalen (en ook in Kathmandu en Pokhara) is het overdag aangenaam met een gemiddelde temperatuur van zo’n 20 graden, maar ’s nachts koelt het sterk af en hoger in de bergen (vanaf zo’n 2500 meter) vriest het regelmatig. Trekking is zeker nog mogelijk, maar niet op hele grote hoogte (maximaal 4000 meter) en bereid je voor op échte kou. Het is wat uitdagender en wellicht minder comfortabel dan in de herfst of lente, maar de relatieve rust en mooi besneeuwde bergtoppen maken dat waarschijnlijk meer dan goed!
- Maart – mei: lente. In de lente klimmen de temperaturen uit het dal, maar blijft het aanvankelijk wel droog. Helaas is het wel zo dat dit seizoen ook de tijd van het jaar is dat akkers worden platgebrand, wat voor veel smog zorgt in de bergen. Desondanks is dit na het hoogseizoen in oktober/november de populairste periode voor een reis naar Nepal.




Onderweg in Nepal
Nepal is een prachtig land, maar chaos (met name in Kathmandu), de armoede en de slechte infrastructuur kunnen een trip naar Nepal toch best een beproeving maken.
Hoe reis je rond in Nepal?
In Nepal neemt rondreizen meestal erg veel tijd in beslag. Dat komt zowel door de geografie als door de hopeloos verouderde infrastructuur in dit arme land. De afstanden tussen de hotspots zijn niet zo groot, maar toch ben je vaak lang onderweg. In principe heb je de volgende opties voor je trip:

Bussen zijn het meest populaire vervoersmiddel voor reizigers in Nepal. Dat is vooral omdat er geen treinen rijden, want busreizen in Nepal zijn helaas bepaald niet erg plezierig (en dat is nogal een understatement). De staat van de wegen is meestal belabberd en daar komen de eindeloze bochten, het drukke verkeer en het beroerde rijgedrag van de meeste andere verkeersdeelnemers nog bij. Met een gemiddelde snelheid van 25 à 30 kilometer per uur duren busritten vaak ook erg lang. Voor een rit van 200 kilometer moet je al gauw op een uur of 8 rekenen…

Vliegtuigen zijn ondanks dat Nepal een relatief klein land is, een vrij gangbare manier van vervoer binnen Nepal. De reden daarvoor laat zich raden: de op z’n zachtst gezegd uitdagende geografie met de vele bergen en dalen van de Himalaya. Tel daar de slechte wegen bij op en je snapt dat veel mensen het vliegtuig overwegen. Wil je de Mount Everest-regio bezoeken? Dan vlieg je naar Lukla, dat ook wel bekend staat als het gevaarlijkste vliegveld om te landen of op te stijgen ter wereld. Ook Jomsom, aan de noordzijde van het Annapurna-massief, is een populair vliegveld voor hikers. Wil je tijd besparen? Dan kun je ook overwegen om voor enkele tientjes een binnenlandse vlucht tussen Pokhara en Kathmandu te maken en je zo de goedkopere maar hobbelige rit met de bus te besparen.

Taxi’s zijn een uitkomst wanneer je meer afgelegen gebieden wil bereiken. In de Himalaya (bijvoorbeeld naar de startpunten van trekkings) zijn taxi’s vaak grote 4WD-terreinwagens. Reken voor die ritten op lange reistijden en relatief hoge bedragen. Binnen steden als Kathmandu of Pokhara zijn taxi’s (veel) goedkoper. Over langere afstanden kun je ook een taxi nemen. Zo heb ik van Lumbini naar Pokhara een taxi genomen omdat de toeristenbus al was vertrokken. Dit is uiteraard relatief duur, maar nog steeds vrij betaalbaar: voor circa €70,- reis je van Lumbini naar Pokhara of van Pokhara naar Kathmandu.


Geld in Nepal
In Nepal betaal je met de roepie (Rs). Pinnen kan in alle grotere steden, maar in kleine dorpjes langs trekkingroutes vind je niet overal pinautomaten. Houd daar rekening mee! Westerse bankpassen en creditcards worden gewoon geaccepteerd. Wel kun je doorgaans alleen roepies pinnen. Bovendien komt het met enige regelmaat voor dat een pinautomaat je pas niet accepteert of dat de automaat ‘temporarily out of service’ is. Neem daarom voor de zekerheid een reservebedrag aan dollars of euro’s mee die je bij wisselkantoortjes kunt omwisselen. Die vind je bijna overal.
TIP: Heb je een betaalpas van de Rabobank? Dan heb je vaker dan anderen te maken met pinproblemen. Zoek daarom specifiek naar een pinautomaat van Nabil Bank. Daar kun je altijd terecht!

Cultuurverschillen in Nepal
Nepal is qua cultuur een ontzettend interessant land. Het land ligt op het kruispunt tussen de boeddhistische en hindoeïstische werelden, en je zult vanuit beide religies veel invloeden zien. Op veel plekken zul je prachtige, kleurrijke tempels vinden en veel mensen dragen er nog traditionele kleding. Wat dat betreft lijkt Nepal in veel opzichten op haar grote zuiderbuur India: de kenmerkende stip op het voorhoofd is alomtegenwoordig, je deelt de straten met heilige koeien en talloze andere dieren en zult zien dat de Nepalezen op een andere manier met de dood omgaan (op sommige plekken vinden crematies plaats in het openbaar). In Nepal is dit alles echter veel minder intens en in your face, en daarom zou je Nepal het beste kunnen omschrijven als een soort India light.
Houd rekening met deze cultuurverschillen door je een beetje in te lezen en je gepast te kleden. Al te korte rokjes, broeken of topjes worden in deze cultuur niet op prijs gesteld.


De reisroute
De route hieronder heb ik in januari 2025 afgelegd. Ik ben Nepal binnengekomen vanuit India en zo heb ik de route ook beschreven. Als jij alleen Nepal bezoekt, is deze route daarom niet één op één passend. Maar niet getreurd: onder het kopje Alternatieve route leg ik je uit hoe je deze route als ‘loop’ vanuit Kathmandu kunt afleggen!
Houd er alleen wel rekening mee dat je waarschijnlijk iets langer dan twee weken nodig hebt als je deze route wilt afleggen als loop vanuit Kathmandu. Je moet er dan namelijk minimaal één lange busrit bij optellen en ook kost het je minstens 1,5 dag om naar Nepal te vliegen. Er zijn namelijk geen rechtstreekse vluchten naar Nepal vanuit Nederland of België. Als je – net zoals ik – vanuit India naar Nepal reist, dan zijn twee volle weken genoeg.
Lumbini (1 nacht)
Reis je net als ik vanuit India naar Nepal? Dan raad ik je aan je reis door Nepal te starten in Lumbini. Vanaf de grensovergang bij Sonauli/Siddhartanagar kun je voor 1000-1500 (Nepalese) roepie een taxi pakken naar deze stad op slechts een paar kilometer van de grens met India. In Lumbini is rond 450 voor Christus een man geboren die grote invloed heeft gehad op de wereld: Siddharta Gautama. Oftewel: de eerste Boeddha. Lumbini is dan ook een belangrijk boeddhistisch pelgrimsoord. Mede vanwege de religieuze geschiedenis is Lumbini opgenomen op de UNESCO-werelderfgoedlijst.
De belangrijkste bezienswaardigheid in Lumbini is de Maya Devi-tempel, die is gebouwd precies boven de plek waar koningin Maya Devi Boeddha ter wereld zou hebben gebracht. Rondom deze tempel vind je diverse ruïnes van het paleizencomplex van de toenmalige koningin en ook heel veel bomen waarin de typische gebedsvlaggetjes zijn opgehangen. Buiten de Maya Devi-tempel is een groot, parkachtig complex gerealiseerd waar diverse boeddhistische landen kloosters in hun eigen stijl hebben laten bouwen en die zijn allemaal open voor publiek. Zo kun je in enkele uren met een tuktuk een reis door heel Azië maken!
Zeker als je interesse hebt in het boeddhisme of meer wil leren over meditatie is Lumbini een gave stop op je reis. Heb je hier geen bijzondere interesse in, dan mis je er echter ook niet zoveel aan. Zeker wanneer je de route als een loop vanuit Kathmandu maakt, ligt Lumbini een eindje uit de richting. Dus zit je krap in je tijd? Besteed je tijd dan vooral op andere plekken in Nepal.



Pokhara (2-4 nachten)
Afstand (vanaf Sunauli, aan de grens met India): 190 kilometer, reistijd: 7-8 uur (bus), 5-6 uur (taxi)
Afstand (vanaf Lumbini): 208 kilometer, reistijd: 7-10 uur (bus), 6-8 uur (taxi)
De stad Pokhara is je volgende bestemming. Pokhara ligt aan de voet van het Annapurna-massief, één van de meest indrukwekkende bergmassieven van de Himalaya. Als een muur van tot wel 8091 meter hoogte verheft dit gebergte zich achter de stad en dat levert – als het helder is – uiteraard fantastische uitzichten op. Deze stad heeft zo’n 250.000 inwoners en is daarmee – na Kathmandu – de tweede stad van Nepal. Maar hoewel de stad vrij uitgestrekt is, zul je daar weinig van merken. Door de ligging aan het meer Phewa Tal en het feit dat de stad volledig is ingericht op toeristen, is de sfeer in Pokhara ontzettend relaxed.
De meeste toeristen komen naar Pokhara voor een trekking in het Annapurna-massief. Trekking is in Pokhara big business: overal vind je reisbureautjes en winkels om je uitrusting bij elkaar te shoppen. Behalve een uitvalsbasis voor je trekking is Pokhara vooral ook een plek waar je komt om te relaxen rondom Lakeside. Deze plek is met haar vele restaurantjes en bars alles wat je zoekt na een intensieve trekking. Wil je toch wat ondernemen? Huur een bootje en vaar rondom het eilandje Tal Barahi in het meer. Of loop je wandelschoenen in tijdens een wandeling naar de World Peace Pagoda, waar je een indrukwekkend uitzicht over het meer Phewa Tal en de Annapurna’s hebt. Liever een mooi uitzicht zonder daar al teveel voor te hoeven doen? Pak dan vanuit Pokhara de Annapurna Cable Car naar het dorpje Sarangkot. Hier kun je een adembenemende zonsopkomst (of zonsondergang) boven de imposante Himalaya-pieken bewonderen.
TIP: Ben je van plan een meerdaagse trekking te doen maar beschik je niet over alle benodigde uitrusting? Geen zorgen, in Pokhara struikel je over de winkeltjes waar je prima (namaak)merk uitrusting kan kopen, zoals wandelschoenen, warme jassen, handschoenen, hiking poles en ook zaken als waterfiltertabletten.




Trekking in het Annapurna-massief (3-7 nachten)
Natuurlijk wil je tijdens een reis naar Nepal kennismaken met de pracht van de Himalaya. Op nog geen 25 kilometer van Pokhara vind je in het Annapurna-massief bergtoppen tot de duizelingwekkende hoogte van wel 8091 meter (Annapurna I). Andere indrukwekkende bergen in het massief zijn Annupurna II (7937 meter) en Machapuchhare (6993 meter), en je zult ook de toppen van Dhaulagiri (8167 meter) en Manaslu (8163 meter) kunnen bewonderen. Een meerdaagse trekking is dan ook een echte must-do tijdens een reis naar Nepal. Welke trekking je wil gaan doen, hangt af van een aantal dingen: hoe je wil overnachten, het seizoen, je conditie en – vooral – je beschikbare tijd.
Als je slechts twee weken in Nepal te besteden hebt en ook nog iets van de rest van het land wil meekrijgen, dan is een trekking van een dag of vijf eigenlijk wel het maximaal haalbare. In dat geval kun je kiezen voor bijvoorbeeld de Poon Hill Trek (makkelijk tot gemiddeld, 3-4 dagen) of de Mardi Himal Trek (gemiddeld, 4-5 dagen). Hoewel de dagelijkse wandelafstanden op beide trekkings beperkt zijn, is het belangrijk om je bewust te zijn van het risico op hoogteziekte en daarom niet te snel te veel te stijgen. Heb je zo’n drie weken? Dan zou je ook kunnen kiezen voor de 7- tot 10-daagse Annapurna Base Camp Trek (ABC). Met vier weken is het volledige Annapurna Circuit (10-14 dagen) een haalbare optie.
Zelf hebben wij de Mardi Himal Trek gedaan, in 5 dagen (4 nachten). Dit was een geweldige ervaring. Samen met onze fijne gids Khaji zijn we langs kleine dorpjes en door bamboe- en rhododendronbossen naar het barre rotslandschap bij het Mardi Himal Basecamp op 4500 meter hoogte gewandeld. Onderweg hadden we uitzicht op maarliefst drie van de tien hoogste bergen ter wereld en genoten we van de ultieme rust in de bergen. Een waar hoogtepunt van deze reis door Nepal!








Chitwan NP (2-3 nachten)
Afstand: 155 kilometer, reistijd: 5-8 uur (bus)
Na een of meerdere dagen te zijn bijgekomen van je trekking in Pokhara reis je door naar je volgende bestemming. Nu is het tijd om de Terai te verkennen: de smalle strook laagland langs de zuidelijke grens met India. Hier kun je kennismaken met een totaal andere kant van Nepal, die veel mensen ook niet gelijk met dit bergland associëren. Want wist je dat je in Nepal ook heel erg goed op safari kan gaan?! Chitwan National Park is het oudste nationale park van Nepal en misschien zelfs wel één van de beste wildlife-bestemmingen van heel Azië!
De uitvalsbasis voor dit nationale park is het dorpje Sauraha. Het Chitwan National Park is in 1973 gesticht om de snel slinkende populaties Indische neushoorns en tijgers te behoeden voor uitsterven. Om deze reden staat het park dan ook op de UNESCO-werelderfgoedlijst. De kans om een tijger te spotten in Chitwan is héél erg klein (ga daarvoor liever naar India), maar je maakt wel een zeer grote kans op de zeldzame Indische neushoorn. Ook zul je hoogstwaarschijnlijk herten, pauwen, krokodillen en olifanten tegenkomen. En als je geluk hebt loop je een lippenbeer, luipaard of misschien dan toch die tijger tegen het lijf!
Letterlijk, in dit geval. Want Chitwan biedt je de unieke mogelijkheid om een jungle walk te doen. Onder begeleiding van twee gidsen, gewapend met niets meer dan een twee meter lange bamboestok, kun je een halve of hele dag door de jungle wandelen en de kans dat je wilde dieren tegenkomt zonder iets tussen jou en hen in, is levensgroot: behalve krabsporen van tijgers, versgegraven berenkuilen en hopen stront van olifanten hebben wij tot vijf keer toe oog in oog gestaan met een neushoorn, waarvan de dichtstbijzijnde op amper een meter of 10! Echt een ontzettend toffe ervaring!
Vind jij dat iets té spannend? Je kunt er ook voor kiezen om met een kano (onder begeleiding) de rivier af te gaan. Onderweg zul je tal van mooie vogels spotten en ook kom je hoogstwaarschijnlijk meterslange krokodillen en gavialen (een soort krokodil maar dan met hele spitse snuit) tegen, net als drinkende herten en wellicht zelfs een neushoorn. Ook een meer traditionele jeepsafari hoort tot de mogelijkheden, wat je de kans geeft dieper het nationale park in te gaan.
Zelf hebben wij tijdens onze anderhalve dag in Chitwan gekozen om een combinatie van deze drie vormen van safari te doen. Op onze halve dag hebben we na aankomst een halve dag jungle walk gedaan. Op onze volle dag zijn we gestart met een twee uur lange kanotocht, waarna we weer drie uur zijn gaan wandelen om na de lunch een halve dag jeepsafari te doen.








Kathmandu (3-4 nachten)
Afstand: 170 kilometer, reistijd: 6-8 uur (bus)
Het is alweer tijd voor de laatste bestemming van deze reisroute. Vanuit Sauraha pak je de bus naar Kathmandu, de levendige en charmante hoofdstad van Nepal. Kathmandu ligt, net als Pokhara, in een vallei aan de voet van de Himalaya. Als het helder is kun je de toppen van het gebergte goed zien. Met de nadruk op ‘als’, want vaak hangt er hardnekkige smog in de vallei…
Gelukkig is er verder ook meer dan genoeg moois te ontdekken in Kathmandu. Sterker nog: in Kathmandu en omgeving liggen maarliefst zeven plekken die op de UNESCO-werelderfgoedlijst staan. Behalve bezienswaardigheden vind je in Kathmandu ook ontzettend veel levendige wijkjes en bazaars, goede restaurants en een fijne vibe.
De meeste reizigers overnachten in de gezellige wijk Thamel, net ten noorden van het historische centrum van Kathmandu. Hier vind je alles wat je als reiziger nodig hebt: gezellige bars, koffietentjes, goede restaurants, tal van souvenirwinkels en ook ontzettend veel winkels die zich richten op trekking. Dus mocht jij nog een goede jas of paar handschoenen nodig hebben, sla dan hier je slag! Ten zuiden van Thamel liggen de levendige bazaars Asan Chowk en Indra Chowk, die door de hectiek, de exotische koopwaar en de vele verscholen hindoeïstische en boeddhistische tempeltjes een droom voor straatfotografie zijn.




De eerste plek op de UNESCO-werelderfgoedlijst is het Durbarplein. Het Durbarplein is het historische hart van Kathmandu. Hier vind je naast tal van prachtige tempels ook het voormalige paleis van de koning en de Kumari Ghar. Dit is een heel bijzondere plek, want hier kun je (bijna) iedere ochtend een glimp van de kumari opvangen: een jong meisje van tussen de 7 en 14 jaar dat wordt vereerd als levende godin. Het Durbarplein is in 2015 zwaar getroffen door een aardbeving en men is nog steeds druk bezig met het herstellen van de schade.




Dat geldt ook voor de iets ten noordwesten van Thamel gelegen Swayambhunath-stoepa. Deze tempel staat door de vele aapjes die er wonen ook wel bekend als de Monkey Temple en is voor zowel hindoes als boeddhisten een belangrijke plek. Omdat de stoepa op een heuvel ligt, heb je vanaf hier een prachtig uitzicht over Kathmandu.



Een andere zeer indrukwekkende tempel is de Pashupatinath-tempel, aan de rivier Bagmati. Dit is een zijrivier van de Ganges en daarom is dit de heiligste plek voor hindoes in Nepal. De tempel zelf mag je als niet-hindoe niet bezoeken, maar langs de rivieroever kun je wel kijken naar de lijkverbrandingen die hier continu plaatsvinden. Een zeer indrukwekkend tafereel, dat hoe dan ook een diepe indruk bij je zal achterlaten. Hier vind je ook talloze sadhoes, woest uitziende hindoes met lange baarden en oranje gewaden die het aardse leven hebben afgezworen. Voor een paar roepie willen ze graag voor een foto poseren! Ook Pashupatinath staat op de UNESCO-werelderfgoedlijst.


De meest mooie en relaxte plek van Kathmandu is wat mij betreft echter de Bouddhanath-stoepa. Deze enorme witte stoepa (wederom UNESCO) is één van de grootste van heel Azië en speelt een belangrijke rol in het leven van de Tibetaanse gemeenschap. Hij is versierd met talloze gekleurde gebedsvlaggetjes en je zult tal van mensen aan de gebedsmolentjes zien draaien terwijl ze rustig hun kloksgewijze rondjes rondom de stoepa wandelen. Je kunt de stoepa zelf bezoeken, maar neem ook een kijkje in het Tibetaanse klooster aan de noordwestkant voor een mooi uitzicht op het complex. Verder is het natuurlijk een goed idee om je dagje sightseeing af te sluiten met een koud biertje op één van de rooftops rondom de stoepa!




Mocht je je reis door Nepal in Kathmandu beginnen en net vanuit Nederland of België aankomen, dan kan Kathmandu op het eerste gezicht overkomen als een hele chaotische, drukke stad waar je even aan moet wennen. De straten zijn er stoffig en scooters toeteren af en aan, zelfs in steegjes waarvan je zou denken dat er geen scooters doorheen passen. Neem hiervoor een paar dagen de tijd, want zoals je kunt lezen is er ontzettend veel leuks te zien en te doen in Kathmandu!
Dagtrip naar Bhaktapur en Patan
Afstand Kathmandu – Bhaktapur: 15 kilometer, reistijd: 45 minuten à 1 uur (bus of taxi)
Afstand Kathmandu – Patan: 7 kilometer, reistijd: 30-45 minuten (bus of taxi)
Nog meer cultuursnuiven? Sla dan zeker de andere koningssteden in de Kathmanduvallei niet over! Naast Kathmandu zijn er namelijk nog twee prachtige historische steden die in het verleden de hoofdstad van Nepal zijn geweest. Zowel Bhaktapur als Patan hebben hun eigen Durbarplein en sfeervolle straatjes met goed bewaard gebleven oude gebouwen en staan daarom ook op de UNESCO-werelderfgoedlijst. Net als Kathmandu hebben beide steden zwaar geleden onder de aardbeving van 2015 en om de schade aan de historische gebouwen te herstellen wordt er voor beide steden een (voor Nepalese begrippen) forse entreeprijs gevraagd. Gelukkig zijn ze inmiddels vergevorderd met de restauratiewerkzaamheden en beide steden zijn de moeite van een bezoek meer dan waard.
Als je er echt één moet kiezen dan zou ik voor Bhaktapur gaan, want die stad is wat groter en er is net wat meer te zien. Naast het Durbarplein van Bhaktapur zijn er namelijk nog drie historische pleinen met de meest prachtige architectuur. Het meest indrukwekkende gebouw is wellicht de Nyatapola-tempel op het Taumadhi Tole, maar ook de Dattatraya-tempel is prachtig. Op Talako Tole (Pottery Square) kun je terecht voor handgemaakt aardewerk, de specialiteit van Bhaktapur. Maar vergeet tijdens je bezoek aan Bhaktapur vooral ook niet om door de achterafstraatjes te dwalen!





Beter bezoek je ze echter gewoon allebei. Want Patan heeft met haar Durbarplein misschien wel het mooiste ensemble van historische gebouwen op één plek te bieden en men is hier al wat verder met de restauraties. Ga in Patan zeker op zoek naar de wat verstopte maar schitterende boeddhistische Golden Temple en struin door de levendige straatjes tussen het Durbarplein en Patan Dhoka. Patan is bovendien iets minder toeristisch dan Bhaktapur, wat de sfeer hier zeker ten goede komt.
Als je een volle dag te besteden hebt, kun je beide steden makkelijk op één dagtrip combineren. Het is namelijk nog geen 15 kilometer rijden van Kathmandu naar Bhaktapur en slechts een kilometer of 8 van Bhaktapur naar Patan. Patan ligt dan weer op slechts zes kilometer ten zuiden van Kathmandu. Feitelijk is het één groot aaneengesloten bebouwd gebied, dus je zult niet eens merken dat je echt de stad uit bent. Laat je niet verleiden door reisbureautjes of het personeel van je ho(s)tel om een georganiseerde dagtrip te boeken voor veel te veel geld: met de taxi-app InDrive kun je gemakkelijk voor een eerlijke prijs taxi’s boeken van de ene naar de andere plaats. Voor vervoer ben je op deze manier voor de hele dag nog geen €20,- kwijt! Met de bus ben je nog veel goedkoper uit, maar ook (veel) langer onderweg.




Alternatieve route
Reis jij niet vanuit India naar Nepal maar vlieg je vanuit een ander land naar Nepal? Dan start je altijd in Kathmandu, want daar ligt de enige internationale luchthaven van Nepal. In dat geval ziet je reisroute er natuurlijk wel wat anders uit dan hierboven omschreven.
Starten in Kathmandu
Vanuit Nederland of België kun je niet rechtstreeks naar Nepal vliegen. Meestal reis je met een overstap in Istanbul, Delhi of één van de Golfstaten. Kom één of twee dagen bij van je vlucht in Kathmandu om je mentaal voor te bereiden op een vreselijke busrit naar Pokhara. Hier organiseer je je trekking door het Annapurna-massief en kun je heerlijk relaxen in de vele leuke restaurants in Lakeside. Na je trekking kom je nog een (mid)dagje bij in Pokhara en vervolgens reis je door met de bus naar Sauraha, de uitvalsbasis voor Chitwan National Park. Wil je Lumbini opnemen op je reis, dan ga je eerst naar Lumbini om daarna de bus te pakken naar Sauraha. Na je safari in Chitwan reis je dan met de bus terug naar Kathmandu om daar eventueel nog enkele dagen de highlights van Kathmandu, Bhaktapur en/of Patan te bewonderen.
Starten vanuit India
Deze route is de perfecte uitbreiding op een reis door (Noord-)India. Door de prachtige landschappen en mooie natuur biedt Nepal een mooi contrast met de cultuur en de steden waar het in Noord-India vooral om draait. Ook niet onbelangrijk: na de hectiek en de prikkels van India is Nepal een oase van rust. Zelf heb ik deze route ook afgelegd na een reis van circa twee weken langs de ultieme hotspots van Noord-India. Daarover lees je meer in deze post!
Er zijn vele grensovergangen tussen India en Nepal, maar slechts enkele daarvan zijn open voor niet-Indiërs/-Nepalezen. Verreweg de meeste westerse backpackers die over land tussen India en Nepal reizen, doen dat via de grensovergang Sonauli-Siddhartanagar. Deze grensovergang ligt namelijk het dichtst bij de heilige stad Varanasi die – terecht – bij velen op het reisschema staat. Vanaf Varanasi is het circa 300 kilometer reizen naar de grens. Die afstand kun je op meerdere manieren overbruggen:
- Trein: reis vanuit Varanasi met de dag- of nachttrein naar Gorakhpur (circa 6-7 uur) en pak daar voor de laatste 100 kilometer een taxi of bus naar de grens (reistijd circa 2-3 uur).
- Bus: vanuit Varanasi gaan er regelmatig toeristenbussen naar Kathmandu, die je ook kunnen afzetten bij de grensovergang. Deze bussen doen circa 10-12 uur over de reis van Varanasi naar de grens. Reken voor de reis naar Kathmandu op ergens tussen de 20 en 28 uur.
- Taxi: de snelste en meest relaxte (maar ook duurste) optie om naar Nepal te reizen vanuit Varanasi is met de taxi. Voor 6000 à 7000 (Indiase) roepie kun je een taxi charteren die je tot de grensovergang bij Sonauli brengt.
Eenmaal aan de grens aangekomen is het hoogstwaarschijnlijk al richting de avond en daarom overnachten de meeste mensen eerst in Lumbini of een andere plek nabij de grensovergang voor ze verder Nepal in reizen.


Heeft deze reisroute jou inspiratie gegeven voor je reis naar Nepal? Of staan er dingen in die niet (meer) helemaal kloppen? Deel het met mij of andere reiseigenwijzen, zo helpen we elkaar verder!