‘Gesluierde vrouwen, een omstreden kernprogramma en bebaarde mannen in gewaden die ‘Dood aan Amerika!’ schreeuwen: dat zijn de dingen die je onvermijdelijk hoort wanneer je een willekeurig iemand vraagt waar hij/zij aan denkt bij het land Iran’
Dit schreef ik vijf jaar geleden over het beeld dat mensen bij Iran hebben. Ondanks het gesloten (en helaas alweer opgezegde) atoomakkoord lijkt er sindsdien weinig veranderd: nog steeds heeft Iran het imago van een schurkenstaat. Iets dat je wellicht niet snel associeert met de titel van deze post.
Wanneer ik vertelde dat ik mijn zomervakantie in dit land door zou gaan brengen, kreeg ik vaak sarcastische en bezorgde reacties: ‘Het zit daar vol terroristen!’, ‘Kom je daar nog wel levend vandaan?’ en ‘Ben je wel helemaal goed bij je hoofd?’ zijn daar treffende voorbeelden van. Ze weerhielden me er niet van om toch te gaan, maar toegegeven: ik stapte toch wel een beetje met knikkende knieën het vliegtuig naar Teheran in.
Scroll snel naar...
Backpacken in Iran
Dat beeld verandert snel wanneer je afgaat op de ervaringen van backpackers die het land hebben bezocht: wij hebben in het Westen over het algemeen een compleet vertekend beeld over dit land en, vooral, de bevolking. Zij denken bij Iran voornamelijk aan de ongelofelijk gastvrije en vriendelijke mensen. Iets dat ik sindsdien volledig onderschrijf.
Op de eerste dag in Teheran merkten we al na vijf minuten hoe geïnteresseerd de lokale bevolking is in buitenlanders: iedereen wil van je weten waar je vandaan komt, wat je doet, wat je van Iran vindt, enzovoorts. In de metro maken mensen, hoe gehaast ze ook zijn, tijd vrij om je te helpen bij het vinden van de weg. Ze geven je zelfs hun telefoonnummers ‘voor in noodgevallen’. De dag erna gingen we wandelen in de bergen ten noorden van Teheran. Ook daar alleen maar vriendelijkheid en gastvrijheid. Letterlijk iedereen die ons passeerde wilde met ons praten en we kregen vaak ook thee en lekkers aangeboden.
In het begin voelde dit allemaal erg onwennig, zeker omdat de Perzische cultuur een nauwelijks te snappen ongeschreven gebruik kent: ta’arof. Het komt erop neer dat je voordat je iets voor niets kan aannemen, eerst een aantal keer moet weigeren. Hoe vaak? Dat is afhankelijk van de situatie. Het komt er kort gezegd op neer dat je geen flauw idee hebt of een aanbod gemeend is of niet.
Waar eindigt de gastvrijheid?
Maar het kan nog véél gekker: na een lange dag in het hete Teheran was ik op zoek naar een flesje koud water. Dat bleken ze bij het winkeltje in het metrostation niet te hebben. Helaas, volgende keer beter, denk je dan. Totdat ik stond te wachten op de metro en er ineens een man naar me toe kwam gerend met een plastic zakje in z’n hand. Daarin zaten vier koude flesjes Sprite. ‘Voor jullie!’ zei hij. Zelfs na drie keer aandringen weigerde hij er geld voor aan te nemen.
In de nachttrein naar de woestijnstad Isfahan deelden we een coupé met Saleh, een Iraanse man van een jaar of dertig die werkt in Teheran. Na aankomst ging hij naar huis, haalde de auto op en leidde ons de hele dag voor niets rond door de stad. Uiteindelijk kwamen we uit bij de bloedtransfusiekliniek waar z’n vader werkt die erop stond ons een rondleiding te geven. Daarna gingen we naar de brug over de rivier in Isfahan, waar Saleh ijs en verse fruitshakes voor ons kocht. Wederom zonder er iets voor te willen hebben. Aan het einde van de reis, toen we in Teheran nog een dag overhadden, haalde Saleh ons midden in de nacht op van het vliegveld. De volgende dag nam hij vrij van zijn werk om met ons een dag in Teheran door te brengen. Daar loodste hij ons de voormalige Amerikaanse ambassade binnen, wat normaal gesproken absoluut onmogelijk is.
Gastvrijheid kent in Iran geen grenzen. Want waar anders krijg je terwijl je door het park loopt ineens een volledige lunch aangeboden? Na een kort gesprek waarin de gastheer nota bene zei ‘Netherlands? Bad politics, good people!’ moesten we gaan zitten. Toen kregen we eerst thee, toen een lekkere stoofpot met brood, daarna frisdrank en uiteindelijk snoep aangeboden. Niet aannemen wordt gezien als zeer onbeleefd, dus tonnetje rond namen we na een uur afscheid. Wat de man ervoor wou hebben? Niets, uiteraard!
Tot het vermoeiende toe
De Iraanse gastvrijheid is uitzonderlijk en grenzeloos maar ook wel eens vermoeiend. Soms is het fijn om niet continu uit te hoeven leggen wie je bent, waar je vandaan komt, wat je van Iran vindt om vervolgens op de foto te moeten ‘omdat je onze gast bent’. Hoe vaak hebben we wel geen thee aangeboden gekregen, sta ik op foto’s met Iraniërs en hebben we handen geschud? Ik zou het niet meer weten. Om ‘de vriendelijkheid te ontvluchten’ was het heerlijk om je af en toe een middag terug te trekken in het hostel. Als de eigenaar of andere gasten niet met je willen praten dan natuurlijk.
Soms bekvechten de mensen onderling zelfs over wie met ‘de door God gestuurde vreemdelingen’ mag praten. In Isfahan werden we zo het middelpunt van een strijd tussen twee families die op hun tapijt thee met ons wilden drinken. Ik heb me zelden zo ongemakkelijk gevoeld.
Laat je niet afschrikken: ga naar Iran!
Iran verdient beter dan de slechte reputatie die het nu bij veel mensen heeft, dat moge duidelijk zijn. Ja, er zijn spanningen tussen het Westen en Iran. En ja, het is niet altijd even makkelijk om in Iran te reizen. Maar door er daarom maar niet naar toe te gaan, doe je de ongekend vriendelijke bevolking tekort. Door de sancties hebben zij het zwaarder dan ooit.
Ben je benieuwd geworden naar Iran en wil je weten wat er in dit land te zien is? Of ben je van plan om Iran te bezoeken en zoek je een reisroute? Lees deze post! Hierin beschrijf ik stap voor stap mijn reis door Iran!
Deze post is een bewerking van een artikel dat ik in 2015 schreef voor Girugten, het faculteitsblad van de Faculty of Spatial Sciences van de Rijksuniversiteit Groningen. Dit artikel is hier te lezen.